Of je nu bouwt of renoveert, je kan niet zonder een goed en veilig werkende elektrische installatie. Maar hoe pak je dat aan? Waar moet je aan denken? En doe je het zelf, of schakel je een vakman in?
Nieuwbouw of renovatie?
Bij nieuwbouw begin je vanaf nul. Bij renovatie hangt alles af van de staat van de elektrische installatie. Dateert die van vóór 1 oktober 1981, moet de verkoper een keuringsverslag voorleggen.
Wat als de elektriciteit is afgekeurd? Geen zorgen. Vaak gaat het om zaken die je eenvoudig kan oplossen, zoals het ontbreken van een aarding. In dat geval kan je een aardingspen in de grond slaan (in de tuin eventueel) en een verliesstroomschakelaar (ook aardlek- of differentieelschakelaar) aan het begin van de installatie plaatsen. Daar komt nauwelijks slijpwerk aan te pas. Lees ook: Elektriciteit afgekeurd: de vijf grootste fouten.
Zijn de noodzakelijke ingrepen omvangrijker, moet je onvermijdelijk kappen en breken. Dan combineer je de elektriciteitswerken best met een volledige verbouwing, waarbij je de woning stript tot op de ruwbouw.
Tip: dikwijls ben je goedkoper af als je de elektrische installatie opnieuw opbouwt, net als bij nieuwbouw. Dat kan heel geleidelijk aan gebeuren, zodat de oude installatie blijft werken tot op het moment dat de nieuwe klaar is voor ingebruikname. Je hoeft dus geen dag zonder stroom te zitten.
Maak een plan
1. Stopcontacten en lichtpunten
Alles staat of valt met een goed plan. Hoeveel stopcontacten, schakelaars en lichtpunten wil je? Droom je misschien van elektrische rolluiken? Hou hier dan al van in het begin rekening mee.
2. Eén- of driefasig
Kijk ook naar de verbruikers die je gaat installeren. Een standaard éénfasige aansluiting (230 V) volstaat in de meeste gevallen. Maar voor grote verbruikers vanaf 7.300 W, zoals een zware inductieoven of elektrische sauna, heb je een driefasige aansluiting (380 V) nodig.
Ook als je PV-panelen op je dak legt, is een driefasige aansluiting aangewezen.
3. Welk comfortniveau?
Denk ook na over welk comfortniveau je wil, want je hebt verschillende opties:
- 1. Standaardinstallatie: met traditionele schakelaars, stopcontacten, dimmers, … Deze is het goedkoopst en blijft gedurende de volledige levensduur hetzelfde.
- Domotica: alle componenten (verlichting, schakelaars, sensoren, …) staan met elkaar in verbinding via een buskabel en kunnen via pc, tablet, smartphone of een touchscreen geprogrammeerd worden. Dit is de duurste oplossing, maar ideaal voor wie de flexibiliteit wil om zijn installatie naar wens te programmeren en uit te breiden. Met je smartphone het licht aan doen, de rolluiken bedienen met een touchscreen of de verwarming alvast aanzetten vanop je werk… Het kan allemaal.
- Centrale sturing: deze oplossing zit tussen domotica en een standaardinstallatie in. Alle componenten zijn met elkaar verbonden via een sturingskabel. Maar in plaats van domoticamodules komen er gewone relais in de zekeringskast. Je gebruikt dus fysieke schakelingen. Daardoor is centrale sturing een pak goedkoper, terwijl je toch gebruikmaakt van laagspanning voor de sturing (zodat je kan werken met meer verfijnde schakelaars). Wil wil je later overschakelen op ‘echte’ domotica, dan vervang je het relais door stuurmodules.
Zelf doen of specialist inschakelen?
Heb je weinig tijd en/of ben je niet al te handig, schakel dan een vakman in. Maar als je wel houdt van een uitdaging, kan je flink besparen door zelf aan de slag te gaan, eventueel met behulp van een pakket voor zelfbouwers van een gespecialiseerde firma.
Je laat dan weten wat je wensen zijn en alles wordt voor jou uitgerekend: benodigde materialen, de hoeveelheid kabels, types stopcontacten, … Voor je begint kan je een opleidingsavond volgen waarin alles wordt uitgelegd. Bovendien hoef je niet alles zelf te doen. Je kan bijvoorbeeld zelf zorgen voor de bekabeling, maar de installatie van de zekeringskast overlaten aan een specialist.
Volgorde en duur van de werken
Elektriciteitswerken gebeuren niet in één keer, maar stapje voor stapje in de loop van het bouwproces. Meestal gebeuren de werken in twee of drie stappen:
1. Sleuven uitslijpen en leidingen leggen
Dit gebeurt vlak na de ruwbouw, nog voor je ramen geplaatst worden. De elektriciteitsleidingen worden samen met de sanitair- en gasleidingen op de vloerplaat gelegd. Vervolgens komt de isolatie en ten slotte de chape.
2. Stopcontacten en schakelaars
Na de chape- en pleisterwerken is het tijd om de stopcontacten en schakelaars in te bouwen in de muur.
3. Zekeringskast aansluiten
De zekeringskast wordt op het eind aangesloten. Zo kan de installatie kring per kring getest worden. Dit is het duurste element van de installatie, dus hiermee wacht je best tot alle ramen en deuren geplaatst zijn en je de woning goed kan afsluiten.
Acht werkdagen
Voor een gemiddelde elektrische installatie heeft een elektricien in totaal ongeveer acht werkdagen nodig.
Wel opgelet als je prijzen opvraagt: de elektricien factureert niet per uur, maar per aansluitpunt (aantal stopcontacten, schakelaars, lichtpunten, …). Kies je voor een sleutel-op-de-deurwoning, dan heb je mogelijk extra kosten als je meer aansluitingen wenst dan voorzien in het lastenboek.
Verplichte elektrische keuring
Na het aansluiten van de zekeringskast volgt nog één horde: de verplichte elektrische keuring. Hiervoor contacteer je een onafhankelijke controle-instantie (OCB, BTV, Vinçotte, ATK, …).
Je moet het eendraadschema en het situatieschema voorleggen aan de keuringsdeskundige. Zo heeft hij een zicht op de lichtpunten, schakelaars en de plaats van borden en verbindings-, aftak- en wandcontactdozen.
De installatie hoeft nog niet te werken. Het kan dus geen kwaad dat je nog niet alle lampen en toestellen hebt aangesloten. De keuringsdeskundige controleert niet werking van de installatie, maar wel of alle noodzakelijke veiligheidselementen aanwezig zijn.
Is de installatie goedgekeurd, dan overhandig je het AREI-keuringsverslag aan je netbeheerder voor de definitieve aansluiting op het stroomnet.