De walk-indouche of inloopdouche is de laatste jaren niet meer weg te denken uit de Vlaamse badkamers. En het einde van deze trend is nog lang niet in zicht, integendeel. Met deze 15 tips blijf je zorgeloos van je inloopdouche genieten dankzij de juiste keuzes vooraf.
Oplossing voor jong en oud
Eerst een kleine les geschiedenis. Inloopdouches komen vanuit de hotelsector. Hun populariteit is daarna overgewaaid naar de privéwoningen. Tien jaar geleden begon de trend. Ondertussen zijn de walk-ins helemaal ingeburgerd. Zeker voor de generatie 50-plussers bieden ze heel wat voordelen. De lage of verdwenen instap voorkomt valpartijen en een grotere douche laat gemakkelijker hulp toe eens je hulpbehoevend bent.
Met een goed geplaatste en onderhouden walk-indouche zit je zeker 20 à 30 jaar goed. Volgende vijftien tips moeten daarvoor zorgen.
1. Vermijd een te korte douchewand
Badkamers worden almaar kleiner, dus kies je al snel voor een kleinere inloopdouche. Maar daar ben je niet altijd mee gediend. Een wand van 1m of 1m20 is te kort om je badkamervloer voldoende te beschermen tegen wegspattend water. Een wand met een minimumlengte van 1m40 is daarom een betere optie. Helemaal ideaal is een wand van 1m60 hoog. Qua breedte is 90 cm een goede standaard. Meer is luxe, minder wordt wat krap.
Tip: Wil je toch een minimale wand? Dan bestaan er alternatieven zoals uitschuifbare wanden. Zo is je badkamer toch beter beschermd tegen spatwater.
2. Denk twee keer na over tegels
Glaswanden in combinatie met een douchebak of -plaat zijn bij inloopdouches een populaire keuze. Je badkamer lijkt op die manier heel wat ruimer, en het oogt meteen modern. Betegelde walk-ins lijken op hun terugweg. Ze ogen heel mooi, maar geven op termijn vooral problemen: slechte waterdichting, schimmel, voetinfecties,… Het probleem zit hem in de voegen: ze zuigen vocht op, beschimmelen en die schimmel kruipt achter de tegel in. Hoe vaak je de voegen ook poetst, het probleem blijft achter de tegel zitten. De siliconen randen rondom je douche zijn wel nog nodig. Om de vijf jaar krab je die best uit om een nieuwe laag aan te brengen.
3. Beslis op tijd over de juiste plaats van je douche
Het komt niet zelden voor dat installateurs de wateraansluitingen nog moeten verplaatsen. Dat is een kost van een paar honderd euro die je zeker kan vermijden door op tijd knopen door te hakken. Best heb je dus al een zicht op de uitwerking van je inloopdouche wanneer je sanitairman je leidingen, waterpunten en afvoeren komt vastleggen.
4. Douchebak: ga voor kwaliteit
Een van de meest populaire keuze voor douchebakken of doucheplaten is composiet. Je hebt ze in alle vormen en kleuren. Hun grote voordeel is dat je ze volledig in de vloer kan leggen, want van uitzetten of krimpen is geen sprake. Acryl kost minder. Goedkopere modellen vertonen soms wel barstjes na bepaalde tijd. Bovendien is het ook een gladder materiaal, zeker in combinatie met water en zeep. Ten slotte ben je beperkt in kleur, want wit is meestal je enige optie.
Hetzelfde geldt voor plaatstaal, dat eventueel nog wel een gekleurde emaillaag heeft. Als je per ongeluk de handsproeier laat vallen en er breekt een stukje af, dan zie je het kleurverschil meteen. Vallend water of andere contactgeluiden op plaatstaal maken ook meer lawaai, zowel in je badkamer als in de ruimte daaronder. Heb je graag natuursteen of hout in je inloopdouche? Die materialen zijn een pak duurder en vergen heel wat meer onderhoud. Toch hebben hout, plaatstaal en natuursteen hun plaats in en rondom de douche, zeggen verschillende specialisten. Lees hier waarom!
5. Eerst je douchebak, dan je wanden
Voor een goede afwatering is het belangrijk dat je eerst je douchebak plaatst en dan pas de muurafwerking, hetzij met tegels, hetzij met waterdichte panelen. Hoe dan ook moet er een waterdichte laag tegen je pleisterwerk komen.
6. Twee ingangen? Let op
De meeste inloopdouches komen terecht in een hoek van de badkamer. Je kan ook kiezen voor een vrijstaande inloopdouche, bijvoorbeeld met glazen wanden aan beide kanten, of voor een walk-in met twee open kanten, maar met één vaste muur. Je verliest wel plaats en je spatwand moet al 2m80 lang zijn. Meer iets voor grotere badkamers dus.
7. Stem je wanden af op je kranen
Een plafonddouche met watervalfunctie en een regendouche zorgen voor heel wat meer spatwater. Bij een douchewand van 1m20 zit je al snel met een natte badkamervloer.
8. Kan je afvoer genoeg water aan?
Je sifon gaat geurhinder tegen en zit meteen onder je afvoerputje. Een douchebeurt gaat gepaard met heel wat verloren haren, schuim en meer. Hierdoor loopt je water niet altijd even vlot richting riolering. Afhankelijk van de waterdruk en het model verbruikt een regendouche tussen de 9 en 12 liter per minuut. De gemiddelde afvoer kan dit wel aan, mits je de sifon regelmatig schoonmaakt zodat die niet verstopt geraakt.
9. Helling moet toelaten dat water wegloopt
Zelfs de meest vlakke douchebakken lopen 1 cm per meter af zodat het water vlot richting afvoer loopt. Dat is ook zo als je met een betegelde vloer wil werken. In dat laatste geval let je best wel extra op dat de plaatser dit verval respecteert.
10. Hou verluchting weg uit je douche
Een goede verluchting is belangrijk in de badkamer om vochtproblemen en schimmel tegen te gaan. Zorg er alleen voor dat de verluchting zich niet in je douche zelf bevindt. Zo trekt de warme lucht weg en veroorzaak je een tochtgevoel.
11. Glas? Waar voel je je comfortabel bij?
Zie je graag een glazen wand, maar ben je toch gesteld op je privacy? Dan zijn er opties zoals spiegelafwerking, gezandstraald glas, fantasieglas met tekeningen of een gedeeltelijke band uit melkglas die de intieme zones bedekt. Wat onderhoud betreft: na elke douchebeurt blijft het aangeraden om een glazen wand proper te maken om kalk tegen te gaan. Vele wanden hebben tegenwoordig een antikalklaag. Het water druppelt hierdoor tien keer sneller naar beneden, zodat kalk minder kans heeft om zich achteraf vast te zetten.
12. Verlichting: extra gezellig, maar laat niet alles zien
Licht is altijd een pluspunt in een inloopdouche. Voorzie wel aangepaste armatuur, zoals waterproof led of 12V-verlichting. Opgelet: werk je met licht in je douche en met spiegelglas als douchewand? Hou er dan rekening mee dat je meer prijsgeeft dan je denkt wanneer het in de rest van de badkamer donkerder is.
13. Houten vloer bij renovatie: opgepast?
Wat ten slotte met renovaties? Zijn er bepaalde obstakels waar je rekening mee dient te houden? Als je met een houten vloer zit, moet die stabiel genoeg en goed versterkt zijn. Bij een grote douchebak kan je houten vloer meewerken en de dichting tussen je muur en bak verslijt dan sneller. Met waterlekken tot gevolg.
14. Bad naar inloopdouche: geen probleem
Is de stap naar een inloopdouche snel gezet? Je bad vervangen door een inloopdouche is relatief makkelijk: je waterpunten zijn al aanwezig en de beschikbare oppervlakte is perfect. Op twee dagen tijd heb je een hele nieuw badkamer.
15. Past alles door de deur?
Het kan gebeuren dat je nieuwe douchewand niet de badkamer in geraakt. Spreek dit tijdig af met de firma waarmee je samenwerkt. Er zijn oplossingen voor handen, maar best pols je toch nog op even op voorhand, zodat de plaatsers vlotjes hun gang kunnen gaan.