Panellid Nele Ameye van Recticel behandelde jouw vraag voor ons. Dit is wat zij op je vraag kan antwoorden:
"Het isolatiemateriaal waarmee men isoleert achter de plint, hoeft niet noodzakelijk hetzelfde te zijn als het isolatietype van de rest van de muur. Voor plintisolatie wordt veelal XPS of EPS gebruikt, maar ook PU is mogelijk.
In het geval van EPS/XPS wordt de isolatie met kleefmortel tegen de muur aangebracht. Hierbij is de voorbereiding van de muur waartegen gekleefd wordt erg belangrijk. De ondergrond dient immers droog, effen, vrij van onzuiverheden en waterdicht te zijn. Om de waterdichtheid te verzekeren, kan een coating of een EPDM op de ondergrond worden aangebracht en dit best tot minstens een 30-tal cm boven de grond.
Wanneer getwijfeld wordt aan de hechting van de isolatie op de ondergrond of wanneer een EPDM werd aangebracht achter de isolatie, kan bijkomend een mechanische bevestiging worden voorzien.
De nodige aandacht dient in dat geval besteed te worden aan de waterdichtheid van het geheel. De waterdichting zal immers doorboord worden door de mechanische bevestiging. Een waterdichte beschermlaag op de buitenkant van de isolatie dient dan te worden voorzien vooraleer de plint wordt aangebracht.
PU-isolatie wordt enkel mechanisch bevestigd. Een waterdichting tussen de isolatie en de plint volstaat in dat geval. De plint kan vervolgens gekleefd worden op de isolatie (EPS/XPS) of mechanisch bevestigd (PUR). Bij de mechanische bevestiging dient men steeds te vermijden dat de waterdichting wordt doorboord. De plint dient daarbij steeds voldoende ondersteund te worden door de fundering.
Het is aangeraden om de plintisolatie verspringend te voorzien ten opzichte van de gevelisolatie om het aflopen van regenwater mogelijk te maken.
Ten slotte dient te worden opgemerkt dat het steeds noodzakelijk is om de specificaties van de fabrikant met betrekking tot de verkleving nauwgezet te volgen (uitdrogingstijden, hoeveelheden, wijze van aanbrengen, ...).
