Deze vraag stelt zich binnen het kader van de mogelijkheden tot een bestemmingswijziging van de gemeenschappelijke delen in een appartementencomplex. In beginsel geldt het principe dat iedere mede-eigenaar van een gemeenschappelijke ruimte het recht heeft op het gebruik en het genot van deze gemeenschappelijke ruimte maar enkel overeenkomstig haar bestemming en in zover zulks met het recht van zijn deelgenoten verenigbaar is.
Verder wordt in de wetgeving betreffende de mede-eigendom ook bepaald dat iedere mede-eigenaar vrij op zijn kosten veranderingen aan de gemeenschappelijke zaak kan aanbrengen, mits de bestemming niet gewijzigd wordt en er geen afbreuk gedaan wordt aan de rechten van de deelgenoten.
Indien een gemeenschappelijke ruimte gebruikt wordt op een wijze die de bestemming hiervan wijzigt, zoals in het geval dat een gemeenschappelijke ruimte waar fietsen normaal dienen te worden gestald, gebruikt wordt voor het stallen van plantenkarren, dan dient de algemene vergadering van dit appartementencomplex hierover te beslissen.
De algemene vergadering van de mede-eigenaars vindt jaarlijks plaats tenzij een bijzondere algemene vergadering wordt bijeengeroepen. Iedere eigenaar kan zijn stem laten horen en punten op de agenda brengen. Omtrent een wijziging van bestemming van een gemeenschappelijke ruimte, dient de algemene vergadering in principe met een vier vijfde meerderheid te beslissen tenzij een andere meerderheid wordt voorzien in de basisdocumenten van de mede-eigendom.
Toestemming verlenen om een gemeenschappelijke ruimte te gebruiken voor het uitstallen van koopwaar betekent niet automatisch dat de fietsenstalling (deels) onbruikbaar mag worden. Het is moeilijk om zonder kennis van de notulen van de algemene vergadering een exact en concreet zicht te krijgen op de feitelijke toestand ter plaatse en de inhoud/draagwijdte van de genomen beslissing van de algemene vergadering.
Het kan aangewezen zijn om de syndicus in te lichten over het effectieve gebruik dat mogelijks afwijkt van de bedoeling van de beslissing zodat hij/zij de uitbaatster van de bloemenzaak daarover kan aanspreken. Indien er conflicten blijven bestaan of indien men niet akkoord is met de beslissing van de algemene vergadering, kan men zich wenden tot de Vrederechter.
In de gegeven omstandigheden lijkt het nuttig om langs te gaan bij een advocaat met de concrete feiten om een sluitend advies te bekomen.
