Gezien jouw situatie, kunnen we deze in twee opzichten bekijken:
Situatie 1:
Ten eerste, mag de buur niet zonder toestemming de gasketel plaatsen, aangezien hier sprake is van een scheidingsmuur. Dit is op grond van artikel 653-673 BW. Op basis van art. 657 BW mag geen nabuur in de gemene muur een holte maken of daartegen een werk aanbrengen of doen steunen, zonder toestemming van de andere nabuur of, als
deze weigert, zonder door deskundigen de middelen te hebben doen bepalen die nodig zijn
om te voorkomen dat door het nieuwe werk aan de rechten van de andere nabuur afbreuk
wordt gedaan.
Oplossing: In dit geval raad ik jou aan om je te verzetten tegen de plaatsing van de gasketel door jouw buur, zodat er geen mogelijke schade kan ontstaan en bijgevolg ook geen waardevermindering van jouw onroerend goed. Dit zal dan geen invloed hebben bij het eventueel verkopen van jouw onroerend goed.
Situatie 2:
Een andere benadering is om de situatie te benoemen als een erfdienstbaarheid. De plaatsing van de gasketel kan gezien worden als een erfdienstbaarheid, indien er een akkoord is tussen de eigenaar van het heersend erf en de eigenaar van het lijdend erf over het voortbestaan van de toestand van dienstbaarheid. Dan spreken we van een stilzwijgende instemming.
We spreken van een erfdienstbaarheid als (art. 637 BW):
- Het gaat om een passieve last waardoor de normale uitoefening van het eigendomsrecht beperkt wordt, de eigenaar moet enkel iets gedogen of niet doen
- Het ene erf erdoor bezwaard wordt zijnde het dienstbaar of lijdend erf
- Het ander erf heeft er genot van en krijgt er een intrinsieke meerwaarde door, zijnde het heersend erf.
De erfdienstbaarheid geldt wel slechts voor een welbepaalde bestemming van het heersend erf en wordt niet ten voordele van een persoon of onderneming gevestigd. Dan betreft het immers persoonlijke gebruiksrechten, bijv. concessies op de ondergrond. Deze kunnen niet door eender welke eigenaar ingeroepen worden.
Er twee erven moeten zijn (grond of gebouwen) die aan twee verschillende eigenaars
toebehoren (bijv. bosgronden, moerassen, wegen, ondergrond, ruimte boven de grond,
nog op te richten gebouwen).
De door jou beschreven situatie kan gekwalificeerd als een erfdienstbaarheid waarbij een last rust op een onroerend goed, nl. de scheidingsmuur, tot gebruik en nut van een ander
onroerend goed. Met andere woorden, er is sprake van een dubbel gevolg: er rust een last op het lijdend erf terwijl het heersend erf geniet van een voordeel. Er is sprake van een conventionele erfdienstbaarheid, aangezien de gasketel door de partijen zelf werd geplaatst en dus niet wettelijk werd opgelegd of natuurlijk is ontstaan. Dit kan opgenomen worden in een schriftelijke overeenkomst, met als ene partij, de eigenaar van het heersende erf, en met als andere partij, de eigenaar van het lijdende erf.
Belangrijk is hierbij dat beide partijen een wilsovereenstemming hebben omrent deze
erfdienstbaarheid en de overeenkomst is enkel bindend ten opzichte van de partijen. Het
bewijs van de overeenkomst kan wel tegengeworpen worden aan derden, als deze wordt
overgeschreven op het hypotheekkantoor.
Rechten en plichten van de eigenaar van het lijdend erf:
De eigenaar van het lijdend erf mag de uitoefening niet verzwaren of de plaats van de uitoefening wijzigen. Hiertegen over mag de eigenaar van het heersende erf geen wijzigingen aanbrengen die de toestand van het lijdend erf zouden bemoeilijken.
Rechten en plichten van de eigenaar van het heersend erf:
De eigenaar van het heersende erf moet toelating vragen voor vestiging, onderhoud etc.
In principe is erfdienstbaarheid eeuwigdurend, tenzij dit anders bedongen wordt. De
erfdienstbaarheid is eigen aan een onroerend goed, hierdoor zal de erfdienstbaarheid bij
verkoop mee overgaan. Het is dus belangrijk dat de koper steeds geïnformeerd wordt over,
eventuele erfdienstbaarheden.
Oplossing:
Vermits je akkoord bent met het plaatsen van de uitlaat van de gasketel, aangezien je weinig schade ervaart kan je best actief de situatie regelen, door schriftelijke stukken te maken. Vooreerst best een exacte beschrijving van wat je toestaat, met melding dat er geen wijziging noch verzwaring mag zijn, zonder voorafgaandelijk schriftelijk akkoord. Tevens stipuleren dat de erfdienstbaarheid tijdelijk is, en dient beëindigd uiterlijk twee maanden na schriftelijke opzeg, per aangetekende brief.
Andere nuttige clausules dienen tevens opgnomen, zoals informatie aan en het doorleiden naar rechtsopvolgers, ... Tevens dien je best een staat van bevinding op te stellen, waaraan beide partijen deelnemen, en voor akkoord tekenen. Als je dan toch schade zou ondervinden van de erfdienstbaarheid omdat de erfdienstbaarheid eventueel verzwaard is, of nadelig blijkt te zijn, kan je dit aantonen. Dit zal dan ten laste komen van de eigenaar van het heersend erf en dient deze schade te worden vergoed.
Als de overeenkomst wordt overgeschreven op het hypotheekkantoor, kan het bewijs ervan
tegenworpen worden aan derden. Hiervoor zal je je moeten wenden naar een notaris. Je
kan alleszins overeenkomst en staat van bevinding laten registreren. Vermits dit maatwerk vormt, bestaat er geen standaardformulier. Je kan je daartoe tot een raadsman van jouw keuze richten.