Het feitenverhaal: Persoon A is eigenaar van een weide met 20 kaprijpe populieren. (dus geen bos)Een buurman meld hem dat de bomen kaprijp zijn. De eigenaar neemt de nodige schikkingen om een KAPVERGUNNING = stedenbouwkundige vergunning te vragen en stelt dan vast dat reeds een kapvergunning werd verleend op naam van persoon B (Een niet bekend persoon) Hij doet die vaststelling omdat op één van de betrokken bomen het bekendmakingsformulier uithangt. (Periode loopt nog) Hij heeft aan niemand toelating of akkoord gegeven om dat te vragen en de bomen zijn ook niet verkocht. A gaat naar het gemeentehuis, vraagt inzage van het dossier (nb. zijn eigen dossier...) (krijgt het niet - moet het maar aanvragen via "de openbaarheid van besturen" (nb. Binnen de bekendmakingsperiode...) Krijgt bovendien te horen dat "iedereen een stedenbouwkundig attest kan vragen" Na ernstige discussie, waarbij zelfs de gemeentesecretaris de ingenomen standpunten bevestigt, wordt ten slotte toch beslist afschrift van het dossier te geven weliswaar tegen betaling van de copy kosten.Er wordt bovendien herhaald dat de "gemeente niet eens moet nagaan wie de eigenaar is - geen vomacht - helemaal niets. Op de vraag wat er kon gebeuren verder vb. De bomen worden afgezaagd en weggehaald = diefstal , maar diefstal die perfect vergund is door - en openbaar gemaakt is onder toezicht van de gemeente. Wie is juridisch en financieel aansprakelijk ? Daarop geen antwoord.
Vraag: Is het niet duidelijk de taak van de gemeente, bij het in ontvangst nemen van welkdanige aanvraag na te gaan of de aanvrager juridisch gemachtigd is om dieaanvraag neer te leggen. Welke zijn de mogelijke gevolgen bij dit verhaal ?
De eigenaar vraagt nu om de bestaande vergunning over te schrijven op zijn naam - zals ze werd gevraag en aanvaard ook de voorwaarden (heraanplant enz...) Daarop ook nu geen antwoord.
Bekijk