Net zoals stopcontacten, kunnen schakelaars na jaren van intensief gebruik de geest geven of in een toestand verkeren waarin een vervanging zich opdringt. Geen zorgen, een schakelaar vervangen is na het lezen van deze klus een koud kunstje.
Materiaal: | Gereedschap: |
---|---|
|
|
Stap 1: juiste schakelaar kiezen
- Ga na welke schakelaar je nodig hebt: een wisselschakelaar of een enkelpolige schakelaar.
- Kan je het licht vanaf twee plaatsen aanschakelen, dan heb je zeker wisselschakelaars nodig. Is er maar één aanschakelpunt, dan volstaat een enkelpolige schakelaar.
- Buiten gebruikt men meestal dubbelpolige schakelaars.
Stap 2: afdekkap verwijderen
- Schakel de stroomkring uit waarop de schakelaar is aangesloten. Als je niet zeker weet over welke stroomkring het precies gaat, schakel je de stroom voor heel het huis uit. Zo ben je er zeker van dat je veilig werkt.
- Haal de bedieningsknop en de afdekkap van de schakelaar. Bij moderne schakelaars wordt de afdekkap vastgehouden door het binnenwerk. Bij oudere schakelaars wordt de kap met schroefjes vastgezet.
- Gebruik de spanningszoeker om de contacten van de schakelaar na te kijken. Als de stroomkring uitgeschakeld is, mag het lampje van de spanningszoeker nu niet branden.
Stap 3: oude schakelaar loskoppelen
- Draai de bevestigingsschroeven van de schakelaar en neem de schakelaar van de muur af.
- Maak de aansluitdraden van de schakelaar los. Dit kan je doen door de schroefjes, waarmee ze zijn vastgeklemd, los te draaien.
Stap 4: nieuwe schakelaar aansluiten
- Klem de draden vast onder de schroefjes van de nieuwe schakelaar.
- Draden die hebben vastgezeten onder een schroefje, en daardoor beschadigd zijn, moet je soms opnieuw strippen om een goed contact te garanderen.
- Plaats ten slotte de schakelaar terug in of op de muur en zet de afdekkap en de bedieningsknop op hun plaats.
- Zet de stroom weer aan en controleer of de schakelaar werkt.