Je gevel inpakken met isolatie en afwerken met gevelpleister is de snelste weg naar een energiezuinige woning met een nagelnieuwe look. Wij gidsen je in vijf vragen doorheen deze energiebesparende make-over.
1. Waarom isoleren langs buiten?
Je kan een bestaande woning op drie manieren na-isoleren: langs de buitenzijde, aan de binnenkant of door de spouwmuur op te vullen met isolatie. Wil je maximaal resultaat met een minimaal risico op koudebruggen of andere bouwfysische problemen, dan is het na-isoleren aan de buitenzijde de veiligste en meest energie-efficiënte weg naar succes.
Met deze methode behoud je het warmtevermogen van je muren: in de winter zal je huis minder snel afkoelen en in de zomer minder snel opwarmen als je je woning ’s nachts ventileert. Bovendien loop je minder risico op condensatie in je buitenmuren, iets wat bij binnenisolatie geldt als absoluut aandachtspunt. Een praktisch voordeel is dat je minder ruimte verliest in huis: alle isolatie komt tenslotte aan de buitenzijde van je woning. Genoeg redenen dus om bij een grondige renovatie te kiezen voor buitengevelisolatie. Al plaatsen we ook een drietal kanttekeningen:
- Het is de duurste manier van na-isoleren.
- Het gaat om ingrijpende werken, die vaak deel uitmaken van een totaalrenovatie. De kans is groot dat je ook je ramen moet vervangen of aanpassen en dat er wijzigingen aan het dak nodig zijn.
- Het moet praktisch en juridisch haalbaar zijn. Niet iedereen heeft de mogelijkheid om zijn huis ‘uit te breiden’ aan de buitenzijde. Bijvoorbeeld als de gevel geregistreerd is als beschermd erfgoed.
Tip: welke vorm van na-isolatie je ook kiest, denk eraan om bijkomend te ventileren, want dat is noodzakelijk als je je woning inpakt met een extra laag isolatie.
2. Wat zijn de voordelen van gevelbepleistering?
Welke afwerking je achteraf ook kiest voor je gevel, het principe van de buitenisolatie is telkens hetzelfde: eerst komt er een laag isolatie tegen de bestaande gevel, die je vervolgens bekleedt met een afwerkingsmateriaal. Daarin is de keuze groot. Je kan bijvoorbeeld werken met steenstrips die rechtstreeks op het isolatiemateriaal verlijmd worden. Of met een of andere vorm van beplating, zoals houten planken, vezelcementplaten of zinkbanen. Ook traditionele dakafwerkingsmaterialen zijn mogelijk, zoals leien of keramische dakpannen.
Vergeleken met bovenstaande afwerkingsmethoden, biedt het na-isoleren in combinatie met een gevelpleister interessante voordelen. Dit systeem, ook bekend onder de naam ETICS (External Thermal Insulation Composite System), is namelijk erg dun én licht. Door de dunne pleisterlaag kan je de beschikbare ruimte maximaal benutten om te isoleren. En door het lichte gewicht zijn er geen extra aanpassingen nodig aan de funderingen. Niet onbelangrijk: het is in de meeste gevallen ook de goedkoopste methode. Reken op prijzen tussen 100 en 150 euro/m² (exclusief btw) afhankelijk van de complexiteit van je gevel, het type gevelpleister en de dikte van de isolatie.
3. Hoe werkt het systeem?
Een buitengevelisolatiesysteem met gevelpleister is als volgt opgebouwd, van binnen naar buiten:
- bestaande buitenmuur (binnen- of buitenspouwblad);
- stijve isolatieplaten,
- grondpleister,
- wapening,
- afwerkingspleister,
- eventuele verflaag.
Je kan de buitengevelisolatie tegen de bestaande gevel aanbrengen, of, als je woning vanaf 1960 werd gebouwd met de spouwmuurtechniek, kan je het bestaande buitenspouwblad afbreken en de isolatie aanbrengen tegen het binnenspouwblad. In beide gevallen moet de ondergrond droog, proper, voldoende draagkrachtig en vlak zijn. Er zijn verschillende mogelijkheden om de isolatieplaten aan de ondergrond te bevestigen. Dit kan door middel van lijm, met behulp van hechtpluggen of met een combinatie van beide. De pleisterlaag bestaat uit drie delen: de grondpleister, de wapening en de afwerkingspleister.
4. Welke isolatiematerialen komen in aanmerking?
Voor het ETICS-systeem gebruik je stijve isolatieplaten. De randen zijn voorzien van een sponning (overkraging), een tand-en-groef of gewoon recht. Het oppervlak van de plaat kan zowel vlak zijn als geprofileerd. Qua isolatiematerialen komen vooral geëxpandeerd polystyreen (EPS) en minerale wol in aanmerking.
Er zijn nog andere isolatiematerialen mogelijk in combinatie met gevelpleister. Enerzijds synthetische producten, zoals geëxtrudeerd polystyreen (XPS), polyurethaanschuim (PUR), polyisocyanuraat (PIR) of resolschuim (PF). Anderzijds zijn er ook meer natuurlijke oplossingen, zoals panelen op basis van houtvezel of geëxpandeerde kurk. Al deze isolatiematerialen hebben hun voordelen en aandachtspunten. Wij raden je aan om ze daarom alleen te gebruiken als ze expliciet door een fabrikant worden voorgeschreven. Zo ben je zeker van een goede werking van het volledige systeem.
5. Wat is er mogelijk qua uitzicht?
Gevelpleister wordt vaak geassocieerd met strakke architectuur, maar je kan er ook complexe vormen mee afwerken, zoals rondingen of scherpe hoeken. En dat in de meest uiteenlopende kleuren. Behalve je favoriete kleur, kan je ook de structuur kiezen. Naast de klassieke korrelstructuur heb je bijvoorbeeld ook een strakke gladpleister.
Er zijn twee grote groepen gevelpleisters. Enerzijds de minerale pleisters op basis van cement en kalk. Deze zien er wat ruwer uit en zijn wat minder waterafstotend. Ze hebben een hoge dampdoorlaatbaarheid en vormen een ecologische keuze. Anderzijds zijn er de kunsthars- of siliconenharspleisters. Door hun enorme elasticiteit en water- en vuilafstotende karakter zijn dit de populairste pleisters voor buitentoepassingen in combinatie met isolatie.
Fabrikanten pakken ook uit met extra performante pleisters. Deze zijn wat duurder, maar bieden verschillende voordelen, zoals een maximale bescherming tegen vocht en vuil, waardoor je gevel veel langer proper blijft. Deze ‘high-end’ pleisters zijn ook minder gevoelig voor de weersomstandigheden en kunnen het hele jaar door aangebracht worden, bij temperaturen vanaf 1 tot 30 °C.
Bron: Ik ga Bouwen