We hebben jouw vraag voorgelegd aan advocate Sarie De Vrieze. “Artikel 37 van het Veldwetboek bepaalt: “(…) Degene op wiens erf wortels doorschieten, mag ze aldaar zelf weghakken. Het recht om de wortels weg te hakken of de takken te doen afsnijden verjaart niet.”
“Op grond van dit artikel hebben jullie buren het recht om van jullie te eisen dat jullie de bamboescheuten weghakken. Jullie zijn immers steeds zelf verantwoordelijk voor de aangelegde beplanting en jullie moeten erop toezien dat jullie geen burenhinder veroorzaken.”
“Jullie zouden wel kunnen tegenwerpen dat jullie buren, door gedurende jarenlang geen enkele opmerking te formuleren op de doorgroeiende scheuten, een stilzwijgend akkoord te kennen hebben gegeven met de gang van zaken. Het zal wel (voor beide partijen) niet evident zijn om te bewijzen sedert wanneer de bamboescheuten zichtbaar doorgroeien, zodat zowel u als uw buren m.i. desbetreffend met een bewijsproblematiek zitten.
Er kan eveneens worden aangevoerd dat de vordering om thans nog, na al die jaren, de bamboescheuten te verwijderen, rechtsmisbruik uitmaakt nu het door uw buren beoogde voordeel in wanverhouding staat tot het door u te verwachten nadeel bij het verwijderen van de bamboescheuten. Dit laatste lijkt mij echter moeilijk hard te maken aangezien het ‘nadeel’ voor u eerder beperkt lijkt in verhouding tot het (weliswaar potentiële) voordeel voor uw buren dat zij in de toekomst geen schade zouden lijden aan hun beplanting of bouwwerken. Het is immers niet ondenkbaar dat er in de toekomst nog schade zou worden veroorzaakt.”
“Om grotere problemen te vermijden, komt het mij dan ook veeleer aangewezen voor om een vergelijk met uw buren te treffen.”