Heel erkenbaar dat de gemeente niets schriftelijk wil bevestigen en “irritante antwoorden” geeft. Wanneer fouten (uit het verleden en /of in het heden) zijn begaan worden de rangen gesloten.
Blijkbaar heeft de eigenaar /verkoper ter goeder trouw gehandeld en indertijd de wettelijke voorschriften gevolgd en kan hem in principe geen fout ten laste worden gelegd. Hij heeft een bouwaanvraag voor renovatiewerken met bijgevoegde plannen ter goedkeuring bij de gemeente ingediend. Hij heeft de vergunningen verkregen, de renovatiewerken uitgevoerd volgens de verkregen vergunningen en goedgekeurde renovatieplannen.
Inderdaad dat dit dossier stinkt. Blijkbaar heeft de gemeente indertijd een inschattingsfout (bewust, onbewust wordt in het midden gelaten) gemaakt en vergunningen verleend die strijdig zijn met de geldende, wettelijke voorschriften.
Waren de verleende vergunningen in overeenstemming met de toen geldende voorschriften dan was er nu (ook al ligt de woning in een natuurgebied, klinkt wel eigenaardig in de oren) geen sprake van een bouwovertreding, wel van beperkingen verbonden aan een “vergunde” woning dat “intussen” gelegen is in een natuurgebied.
In dergelijke omstandigheden ligt er meestal een wereld van verschil in wat de gemeente doet, gaat doen kan, zou moeten doen.
Uiteraard werden en worden verleende vergunningen door gemeenten, Stedenbouw, provincies, ….. al heel lang bijgehouden en ingeschreven in een of andere registers.
Het vergunningenregister en het plannenregister in hun “huidige vorm” bestaan nog niet zo lang. De vorm, welke gegevens, hoe de gegevens moeten worden bijgehouden, actualisatie ,…. is voor alle gemeenten in een meer recent verleden decretaal vastgelegd.
De gemeenten zijn ook verplicht, aan al wie (inclusief burgers) erom vraagt uittreksels uit deze registers af te leveren en stedenbouwkundige inlichtingen mede te delen over een bepaald perceel.
Alhoewel deze uittreksels en inlichtingen louter ten informatieve titel (maar wel tegen betaling) worden afgeleverd en het gemeentebestuur niet verantwoordelijk is voor de juistheid en de volledigheid van de informatie is het toch aan te raden deze aan te vragen.
Het decreet “openbaarheid van bestuur”, de talrijke informatiekanalen waar burgers heden van gebruik kunnen maken zorgen er voor dat overheidsinstellingen transparanter moeten optreden. Toch kunnen de overheidsinstellingen nog altijd kiezen welke informatie en wat ze verlenen. Desnoods versteken ze zich dan wel achter een bepaald artikel dat in het decreet is opgenomen.
Wat de gemeente doet en gaat doen:
- kandiaat/kopers “terecht” afraden om te kopen, maar wel met een kluitje in het riet sturen;
- haar fouten heeft ze al lang ingedekt. De vergunningen die ze aan de eigenaar /renoveerder heeft verleend, heeft ze niet ingeschreven in de registers. Toevallig??
- zichzelf verder indekken teneinde niet te moeten opdraaien voor de gevolgen van de fouten die haar ambtenaren (al dan niet bewust) – gemeentebestuur van toen hebben begaan;
- haar verantwoordelijkheid uit de weg gaan;
- de vinger wijzen naar de eigenaar /verkoper en alleszins trachten de eigenaar/verkoper (ook al is hij onschuldig instandhouder) laten opdraaien voor de fouten die door de “overtreder” – hier de gemeente zijn gemaakt.
- afwachten hoe de eigenaar zijn penibele situatie gaat aanpakken.
Wat de gemeente kan en zou moeten doen:
- open kaart spelen (in alle facetten) met de eigenaar /verkoper – ongewild instandhouder van dit onroerend goed;
- desnoods de onvergunde woning zelf opkopen (uiteraard aan de prijs die de eigenaar zou hebben gekregen van een vergunde woning);
- opdraaien voor haar fouten gemaakt in het verleden.
Te weten dat een “eigenaar” van een onroerend goed dat behept is met een bouwovertreding
(ook al heeft die eigenaar geen schuld aan het bouwmisdrijf) uiteindelijk opdraait voor de
gevolgen van het misdrijf door anderen gepleegd. Hij gaat de stappen moeten zetten om uit zijn
penibele situatie te geraken.
De eigenaar mag de woning (ook al zou ze onvergund zijn) te koop stellen – hij moet dan wel de kandidaat /koper op de hoogte brengen van de onvergunde toestand. Maar die informatie wordt hier al met veel toeters en bellen door de gemeente gegeven terwijl ze aan de effectieve eigenaars niets op papier wil bevestigen.
Wat de eigenaar kan doen:
- trachten een overleg te krijgen met de gemeente (die naar alle waarschijnlijkheid dit overleg uit de weg zal gaan, zo niet dan toch naast de kwestie wat gaat uitkramen, sussende woorden uiten, zich versteken achter de strengheid van hogere instanties en van de reglementering, .);
- de gemeente dagvaarden en trachten haar schuld bewijzen;
- een schadevergoeding trachten te bekomen. Hier gaat uiteindelijk het schoentje heel hard wringen.
Ook al treft de eigenaar / verkoper geen enkele schuld (is in het bezit van vergunningen, gebouwd volgens de goedgekeurde plannen) en handelt hij ter goeder trouw, hij wordt met de vinger gewezen.
Als eigenaar, de onwetend pleger van een bouwmisdrijf en instandhouder” is hij eerder een “slachtoffer van ….”. Hij is bij voorbaat schuldig aan instandhouding en moet zijn onschuld bewijzen. Hij draait op voor de fouten (onregelmatigheden) begaan door een ander, hier de gemeente. Ook al kan hij “wit op zwart” zijn onschuld bewijzen, daarmee is de “onvergunde” toestand niet opgelost.
Hij zal de stappen moeten zetten om ofwel “de constructie vergund te krijgen” (wat blijkbaar onmogelijk is) en/of een procedure te starten tegen de gemeente. Van de gemeente gaat hij geen “cadeaus” ontvangen. De poppen gaan beginnen dansen wanneer “een schade-eis” wordt ingediend.
Te weten dat overheidsinstellingen (gemeenten, provincies, …) door hun financiële procedurekracht (eerder overmacht) liever een burger fijnmalen om kost wat kost een betaling (schadevergoeding) te vermijden dan hun fouten te moeten toegeven, gaat deze eigenaar (hopelijk van niet) een lijdensweg van enkele jaren tegemoet die men zijn ergste vijand niet toewenst.
Indien het een administratieve (menselijke) fout is dan kan die op een correcte manier (eenvoudig zal het niet zijn) worden rechtgezet. Blijkbaar is dit niet het geval. De gemeente heeft na +/- 25 jaar nog altijd de fout niet rechtgezet. Ze zwaait wel met het feit dat de woning in bouwovertreding is waarbij regularisatie is uitgesloten. Ze laat alleszins uitschijnen dat ze geen enkele schuld treft. Heel erkenbaar.
Het wordt hoog tijd dat er nagedacht wordt (op beleidsniveau) over de oprichting van een “fonds” voor onschuldige burgers, slachtoffers van bouwovertredingen waarbij:
- overheidsinstellingen fouten / nalatigheden / malversaties hebben begaan (is een realiteit);
- waarbij effectieve plegers van bouwmisdrijven als gevolg van de betrokkenheid van overheidsinstellingen niet opdraaien voor de gevolgen van hun misdrijven, de dans hebben kunnen ontspringen omdat die instellingen op de koop toe nog de hand boven het hoofd hebben gehouden van bouwovertreders.
Dit slachtofferfonds kan bijvoorbeeld onder andere gespijsd worden door de jaarlijkse inkomsten geïnd van boetes aangerekend aan effectieve /terechte plegers van bouwmisdrijven.