Niet zelf bewonen en toch fiscale voordelen eigen woning?
Soms geniet u toch de fiscale voordelen voor de ‘eigen woning’, ook al woont u elders. Welke redenen worden er zoal aanvaard? Wat als u inwoont bij uw ouders omwille van het comfort? Wat zei de rechter hierover?
Fiscale voordelen ‘eigen woning’
Het gaat dan om de woning waarvan u eigenaar, vruchtgebruiker, bezitter of erfpachter bent en die u zelf bewoont (u bent op dit adres ingeschreven in het bevolkingsregister) (art. 2, §1, 15° WIB) . Aan die eigen woning zijn een heel aantal fiscale voordelen verbonden.
Het belangrijkste voordeel is dat uw eigen woning niet belastbaar is in de personenbelasting. U moet dit ki dus niet aangeven in uw belastingaangifte (art. 12, §3 WIB) .
Absoluut! Voor de eigen woning bestaan er tal van fiscale gunstregimes. Zo heeft u onder bepaalde voorwaarden recht op een belastingvermindering voor de hypothecaire lening voor deze woning (de zgn. woonbonus of wooncheque). Daarnaast is er in elk gewest wel een fiscaal voordeel m.b.t. de registratiebelasting voor de eigen woning. Ten slotte is de eventuele meerwaarde op de verkoop van uw eigen woning steeds vrijgesteld van belasting, zelfs indien u die binnen de vijf jaar na aankoop verkoopt.
Elders wonen en voordelen behouden?
Elders wonen zonder verlies van het voordelige statuut ‘eigen woning’ is mogelijk, op voorwaarde dat u een goede reden heeft. In de wet voorziet men een behoud van deze voordelen als u er niet zelf kunt wonen wegens: (1) beroeps- of sociale redenen; (2) wettelijke of contractuele redenen; (3) bouwwerkzaamheden die het u onmogelijk maken om er effectief in te wonen (art. 5/5, §4, lid 2 BFW) .
Kunt u niet in uw eigen woning wonen wegens sociale of beroepsredenen, dan belet niets u deze te verhuren. U behoudt in dat geval de diverse fiscale voordelen voor de eigen woning. Bovendien is deze verhuur vrijgesteld van belasting. U wordt dus niet belast op het geïndexeerd ki verhoogd met 40% (bij verhuur aan een particulier) of op de werkelijke huurinkomsten (indien de huurder de woning beroepsmatig gebruikt).
Er bestaat geen duidelijke lijst van wat wel of niet kan. U kunt gelukkig terugvallen op de talrijke rechtspraak in het voordeel van de belastingplichtige. Een beroepsreden is bv. de te verre afstand tussen uw eigen woning en de plaats waar u normaal gezien werkt. Sociale redenen zijn bv. ziekte, ouderdom of echtscheiding, maar ook het te klein worden van de eigen woning voor een nieuw samengesteld gezin (bv. rb. Leuven, 04.11.2011; Antwerpen, 30.10.2018) .
Dat was het argument dat een belastingplichtige onlangs voor de rechter opwierp als reden dat hij niet in zijn eigen woning verbleef. Zo waren huishoudelijke taken niet zijn sterkste kant en had hij niet de energie om én zijn werk goed uit te voeren én een huishouden te runnen én tussen Turnhout en Brasschaat (ongeveer 45 km enkele rit) te pendelen voor zijn werk.
Dat argument werd echter afgewezen door de rechter. Het inwonen bij de ouders met het oog op de verkorting van het woon-werkverkeer (van 45 km naar 20 km enkele rit) en om het materiële comfort van het inwonen bij de ouders te kunnen genieten verantwoordt immers niet dat de eigen woning niet betrokken wordt wegens beroeps- of sociale redenen (rb. Antwerpen, 09.11.2020) .
Bewoont u uw ‘eigen’ woning niet (meer) wegens een beroeps- of sociale reden, dan blijft het fiscaal gezien toch uw ‘eigen woning’. U wordt er dan niet op belast via uw aangifte personenbelasting, zelfs als u deze verhuurt. In ‘hotel mama’ logeren voor het comfort is echter geen geldige reden, zo besliste de rechter op 9 november 2020.