Daglicht: de absolute basis

Er al eens bij stilgestaan hoe vaak we overdag ‘het licht’ aandoen om comfortabel te kunnen wonen en werken? En dat terwijl we het gratis daglicht, dat ons elke dag opnieuw te beurt valt, grotendeels onbenut laten…

Dag licht, kom binnen

Daglicht binnenhalen in je woning heeft tal van voordelen. Je interieur wordt verlicht, wat meer wooncomfort betekent. Bovendien verandert de aard van het daglicht continu, naargelang de seizoenen, wat een bijzondere dynamiek teweegbrengt. En ten slotte is daglicht gratis, en dat merk je aan de energiefactuur. Maar hoe ga je precies te werk om daglicht binnen te brengen in je woning?

1. Ontwerp woning

De architect speelt in de eerste plaats een belangrijke rol. Het ontwerp van de woning bepaalt uiteraard in hoeverre licht van buiten tot binnenin de woning kan schijnen. Maar opgelet: het is belangrijk dat je hier een goed evenwicht vindt. Want direct zonlicht kan ’s zomers voor ongewenste warmteontwikkeling zorgen. Oplossingen hiervoor zijn zonneschermen (aan de buitenkant van je woning), een grote dakoversteek (die de hoge zomerzon buiten houdt) of natuurlijke ‘zonnebarrières’ zoals een grote loofboom voor een raampartij.

2. Lichtkoepels

In vergelijking met gewone ramen, zorgen lichtkoepels voor meer lichtinval. Idealiter zitten ze geïntegreerd in het ontwerp van je woning, maar ook bij renovatie kunnen ze nog ingebouwd worden. De meeste koepels zijn gemaakt van acrylaat (plexiglas) wat veel sterker is dan gewoon glas.

Je kan lichtkoepels krijgen in enkel-, dubbel- of driewandige uitvoering. Er is bovendien een onderscheid tussen heldere en opalen (melkwitte) koepels. Die laatste laten iets minder licht door, maar ze zorgen voor een aangenamere lichtverspreiding (diffusie) zonder harde schaduwen. Nog een voordeel van opalen koepels is dat ze binnenkijken onmogelijk maken.

Omdat lichtkoepels in de zomermaanden soms te veel licht kunnen binnenlaten, bestaan er speciale zonweringen, aangepast aan de vorm van de koepels. Behalve koepels in acrylaat zijn er ook uit polycarbonaat, die extra bescherming bieden tegen inbraak.

3. Lichtbuizen

Een variant op de koepels zijn de buizen voor lichttransport. Deze laten toe daglicht naar dieper gelegen ruimtes te transporteren. Het geheim zit aan de binnenzijde van het buizensysteem, waar een spiegelbekleding zorgt voor de reflectie van het daglicht.

4. Lichtstraten

Een lichtstraat kan je het best omschrijven als een aaneenschakeling van meerdere lichtkoepels. Vaak gaat het om verschillende segmenten glasvlakken, die onder een hoek (van rond de 15°) geplaatst worden op het dak van de woning. Hiermee bereik je een aanzienlijke lichtinval in een groot deel van de woning. In de handel vind je standaard lichtstraten, maar het is ook mogelijk om ze op maat te laten vervaardigen in functie van je woningontwerp.

5. Dakvensters

Ook dakvensters zorgen vergeleken met gewone ramen of dakkapellen voor meer lichtinval. Voor woningen met een hellend dak bieden zij dan ook de meest voor de hand liggende oplossing.

Hou bij  het plaatsen van een dakvenster wel rekening met een aantal zaken:

  • De seizoenen: De aard van het binnenvallend licht varieert naargelang het seizoen en in functie van de boog die de zon elke dag aan de hemel beschrijft van oost naar west. Noteer ook dat de zon ’s zomer hoger aan de hemel staat en nagenoeg loodrecht zal invallen op het dakvenster. ’s Winters staat de zon laag. Dat heeft een belangrijk effect op hoe je het invallende licht binnen zal ervaren.
  • De oriëntatie:
    • Noord-georiënteerde kamers: Het binnenvallende licht is hier koeler en meer diffuus. Dit maakt het eigenlijk aangenamer en praktischer. In dit geval is het daarom beter om (dak)vensters wat lager te positioneren. Zo valt het licht rechtstreeks binnen en kan je bovendien genieten van een mooi uitzicht.
    • Oost-georiënteerde kamers: In ochtend heb je een hard ochtendlicht en een uitzicht op de opkomende zon. Het is zeker de moeite waard om hiermee rekening te houden bij het inplanten van vensters.
    • Zuid- of west-georiënteerde kamers: Deze kamers krijgen een eerder hard en warm licht binnen, rechtstreeks van de zon. Indien mogelijk, kan je in dat geval het dakvenster wat hoger plaatsen, zodat het harde, gebundelde licht kan weerkaatsen tegen de muur in de kamer. Hierdoor krijg je een zachter, meer verspreid licht.

7 tips voor meer daglicht in je woning

Een in natuurlijk daglicht badende woning is niet alleen goed voor je gezondheid en wooncomfort, maar ook voor je energiefactuur. Hou daarom rekening met deze praktische tips van architecte Aurelie Dubois:

  1. Laat ramen tot op de vloer doorlopen: zo krijg je een groot lichtbereik en meer ruimtegevoel in huis. Integreer deze zeker in je leefruimte.
  2. Oriënteer ramen naar de zon: plaats ramen in de leefruimte aan de zuidelijke gevel van je woning. Dit zorgt niet alleen voor veel licht, maar ook voor gratis warmte in de winter. Probeer wel langs alle kanten van je woning licht binnen te laten.
  3. Hou slaapkamerramen klein: grote ramen in je slaapkamer zijn geen meerwaarde. Ze zorgen voor oververhitting in de zomer. Wil je toch grote ramen? Oriënteer ze dan niet op het zuiden of westen.
  4. Werk met transparante en reflecterende interieurelementen: probeer het licht dat via ramen binnenvalt zo diep mogelijk in je huis binnen te trekken. Dat kan met een glazen wand of grote spiegel. Zeker een aanrader in je gang.
  5. Verlicht een rijwoning met een dakkoepel of lichttunnel: zo loods je het licht tot diep in je woning. Je kan bij een renovatie ook een patio of atrium voorzien.
  6. Kies voor ramen met uitzicht: dit geeft interessante gezichtspunten en leidt het zicht ook naar buiten.
  7. Plaats ramen in het verlengde van de looprichting: bijvoorbeeld op het einde van een gang. Dit zorgt voor openheid en een naar buitengericht gevoel.

Bespaar met daglichtsturing

Traditionele lampen die onnodig blijven branden? Met daglichtsturing stem je de hoeveelheid licht in huis af op het natuurlijke licht buiten. En dat helemaal automatisch!

1. Lichtsensoren

Daarvoor heb je sensoren nodig die de hoeveelheid licht in huis meten. Als er voldoende daglicht is, gebeurt er niets. Maar als het buiten donker of bewolkt wordt, springt je verlichting automatisch aan. Met dimmers kan je zelfs de intensiteit bepalen.

2. Bewegingsmelder

Als je een bewegingsmelder aan je verlichtingsinstallatie koppelt, wordt het nog een pak energiezuiniger en comfortabeler. Dan brandt het licht enkel nog als er iemand in de ruimte aanwezig is. Gedaan met energieverspilling.

Zeker in donkere ruimtes heeft enkel daglichtsturing weinig zin en is het veel beter om bewegingsmelders te gebruiken. Zo verhoog je ook je comfort want alles gebeurt automatisch. En wil je toch manueel ingrijpen, dan is dat natuurlijk ook nog mogelijk

Een bewegingsdetector met ingebouwde lichtsensor heb je vanaf ongeveer 40 euro. Je kan het toestel onderbrengen achter een afdekplaatje in de wand, of in het plafond verwerken. Dit is zeker een meerwaarde in ruimtes waar het licht vaak onnodig blijft branden, zoals de gang, het toilet en de kelder.

Partnerartikels

Bekijk alle partners
Tips voor het kiezen van de juiste verlichting  
Tips voor het kiezen van de juiste verlichting  

Bij het kiezen van de juiste verlichting kun je een bepaalde sfeer creëren. Verlichting in huis is dus erg belangrijk, omdat elke verlichting een eigen...

Lees meer
Powerdaylight Cradle: de duurzame daglichtbuis
Powerdaylight Cradle: de duurzame daglichtbuis

De Powerdaylight daglichtbuis uitvoering Cradle is een natuurlijk daglichtsysteem dat het daglicht buiten opvangt en naar binnen transporteert via een...

Lees meer
Een zorgeloze dakrenovatie met Postel 20 en Thermosolo Nox-Activ
Een zorgeloze dakrenovatie met Postel 20 en Thermosolo Nox-Activ

Een dak renoveren of restaureren vraagt bijzondere aandacht. Er zijn namelijk allerlei redenen waarom je je dak zou kunnen renoveren, die elk op hun beurt...

Lees meer

Onze toolbox
Premies en subsidies Zoeken
Magazines Aanvragen
Zoek een partner Zoeken
Vraag en antwoord Zoeken