Energiezuinig verlichten in 5 stappen

Verlichting: hoe begin je eraan? Via dit stappenplan zie je niets over het hoofd als je energiezuinige verlichting kiest. De juiste lampen selecteren, de geschikte armaturen kiezen, de gepaste lichtkleur en de verlichtingssterkte bepalen? Geen kinderspel. Laat je daarom adviseren door een lichtadviseur die je helpt om een verlichtingsplan op te stellen op maat van jouw woning.

Stap 1: gebruik de juiste lampen

Comfortabele, esthetische en efficiënte verlichting bestaat uit een gebalanceerde mix van algemene basisverlichting, functionele en sfeerverlichting. Houd hierbij ook rekening met directe en indirecte verlichting. Bij directe verlichting is de lichtbron zichtbaar voor het oog, bij indirecte verlichting zie je de lichtbron niet, maar wordt het licht bijvoorbeeld weerkaatst via het plafond of de wand.

Basis-, functionele en accentverlichting

  • Algemene basisverlichting: verlicht de kamer op een gelijkmatige manier.
  • Functionele verlichting: helpt je bij het uitvoeren van een handeling. Denk aan leeslampen, bureaulampen of verlichting boven het werkblad in je keuken.
  • Accentverlichting: creëert sfeer door bepaalde delen van je interieur in de kijker te zetten.

Directe versus indirecte verlichting

Directe verlichting

Indirecte verlichting

Het licht valt rechtstreeks op het object.

Het licht reflecteert via een oppervlak in de ruimte.

Je heb kleinere lichtvermogens nodig.

Je hebt grotere lichtvermogens nodig.

Risico op verblinding naargelang de positie van de armaturen.

Risico op verblinding is kleiner.

Lichtverdeling is vaak onregelmatig.

Redelijk uniforme lichtverdeling.

Veroorzaakt schaduw en contrast.

Geen schaduw of contrast.

Ledverlichting

Ledverlichting is de meest milieuvriendelijke verlichting. In vergelijking met traditionele lampen is ledverlichting 90% energiezuiniger. Daarnaast heeft een ledlamp een lange levensduur. Traditionele lampen gaan ongeveer 2.000 uur mee, terwijl leds tot wel 20.000 uur branden.

Tip: gebruik onze keuzewijzer om jouw perfecte lamp te kiezen.

Stap 2: gebruik de gepaste armaturen

Een verlichtingstoestel bestaat uit verschillende onderdelen: de lamp zelf, eventuele hulpapparatuur en de armatuur. De armatuur is de behuizing van het verlichtingstoestel. Een armatuur beschermt de lichtbron en zorgt ervoor dat het licht juist wordt gericht. Ten slotte speelt ze ook een rol in het uitzicht van je interieur.

Er zijn verschillende armatuurtypes: inbouw- en opbouwarmaturen, plafondarmaturen, hangarmaturen, wandarmaturen, spots, kabel- en railsystemen, verplaatsbare armaturen en profielsystemen.

Inbouw- versus opbouwarmatuur

Terwijl opbouwarmaturen op of tegen de wand, het plafond of de vloer worden geplaatst, worden inbouwarmaturen erin weggewerkt. Opbouwarmaturen worden het meest gebruikt. Je kan ze gebruiken voor het accentueren van objecten, taakgerichte verlichting, maar ook voor algemeen licht of sfeerverlichting.

Hangarmatuur

Pendel- of hangarmaturen hangen met draden aan het plafond. Zij worden opgehangen met stalen kabels en met een stroomkabel verbonden met het lichtpunt. Meer dan de plafondarmatuur speelt het decoratieve element hier een rol. Steeds meer in zwang is de insert- of puntaansluiting, waarbij er tegen het plafond één of meerdere inbouwstukken worden aangebracht. De armatuur zelf wordt met behulp van een aluminium staaf in het inbouwstuk ingeplugd. Een aparte ophang- of stroomkabel is niet nodig, want de staaf neemt beide functies voor zijn rekening.

Plafondarmatuur

Bij dit type armatuur zijn de lamp of lampen vaak afgeschermd door een diffuus glas dat het licht gelijkmatig over de ruimte verspreidt. Ze worden meestal ingeschakeld als algemene verlichting. Ze dragen bij aan de algehele sfeer in je woning. Daarom plaats je een plafondlamp best in het midden van de kamer.

Wandarmatuur

Wandarmaturen vervullen net als hangarmaturen een decoratieve rol in je interieur. Een wandarmatuur wordt enerzijds gebruikt als indirecte basisverlichting, anderzijds als directe accentverlichting. Ze worden het best opgehangen met 20 cm afstand ertussen op een hoogte van 180 of 190 cm van de vloer.

Spot

Vaak ingebouwd in het plafond, waar de spots dan dienen als algemene verlichting. Sinds de opkomst van de compacte leds duiken ze ook op als grondspot. Je kan spots ook op een rail monteren. Spots kunnen verschillende functies in een ruimte vervullen:

  • Algemene basisverlichting: de ideale afstand tussen de spots is 1 meter en voorzie een lichthoek van 24° of 36°.
  • Sfeerverlichting: voorzie een stralingshoek van 38° en plaats de spot 20 cm van de wand.
  • Accentverlichting: kies richtbare spots en plaats ze op 60 cm afstand van de muur of van het object dat je wil accentueren.
  • Functionele taakverlichting: plaats de spot er recht boven, zoals bij het aanrecht of de tafel

Kabel- en railsysteem

Een kabel- of railsysteem is zeer flexibel. Alles is mogelijk: de kabels kunnen van muur tot muur, van muur tot plafond, of van plafond tot vloer gespannen worden. Vervormbare kabels en rails verhogen de flexibiliteit nog.

Verplaatsbare armatuur

Je kan ook opteren voor schemerlampen of andere verplaatsbare armaturen. Verplaatsbare armaturen zijn handig om een goede verlichting te garanderen op die plaatsen waar de algemene verlichting onvoldoende is. Je bent dan wel afhankelijk van de beschikbare stopcontacten. Denk aan een staande lamp of tafellamp:

  • Vloerlamp met omhoog of omlaag gericht licht: plaats ze in een hoek van de amer
  • Tafellamp als leeslicht: plaats ze naast je bank of bed

Profielsysteem

Armaturen kunnen ook de vorm aannemen van profielen in diverse materialen, vormen en uitvoeringen. Profielsystemen zijn vooral populair in kantoor- of winkelruimtes.

Stap 3: kies de perfecte lichtkleur

Je hebt verschillende varianten: helder wit, warm wit, zeer warm wit, koel wit… De lichtkleur van lampen kan dus zeer verschillend zijn. Bovendien bestaat er geen eenduidige vermelding, want de producten geven elk een eigen invulling aan de code die ze op de lamp zetten.

Kleurweergave (Ra)

De kleurweergave of Ra is een gestandaardiseerde schaal van 0 tot 100. 100 staat hier gelijk aan daglicht. Het daglicht is een samenstelling van diverse kleuren: van ultraviolet tot infrarood of van het volledige kleurenspectrum. De Ra-waarde duidt aan in welke mate de kleuren aanwezig zijn in de lichtbron. Ra 80 bevat dan 80 % van de kleuren, hierin kan bijvoorbeeld minder groen zitten dan bij een Ra 90. Sommige producenten geven een driecijferige code op aan hun lampen. Het eerste cijfer slaat dan op de Ra-waarde. Ra 80 wordt aangeduid met een 8, 90 met 9 enz…

  • Lampen met een Ra minder dan 59 hebben een matige kleurweergave. Ze zijn geschikt als indirecte verlichting in de woonkamer, in de garage of in de kelder, maar niet voor op kantoor of in de winkel.
  • Ra tussen 60 en 79 presteren normaal qua kleurweergave. Voor woonkamer, keuken, enz.
  • Ra tussen 80 en 89 scoren goed en vind je vooral terug in de woning of op kantoor waar hogere eisen worden gesteld aan de kleurweergave.
  • Ra meer dan 90 schijnt op plaatsen waar een kleurbeoordeling zeer belangrijk is. Denk maar aan verfwinkels, kledingwinkels, drukkerijen…

Weetje: ledverlichting heeft geen ultraviolet en infrarood licht in het spectrum. Het volledige lichtspectrum van led valt dus binnen het zichtbare gebied waardoor de gebruiker het vaak als intenser en rustiger ervaart.

Kleurtemperatuur (K)

De kleurtemperatuur is dan weer bepalend voor de gecreëerde lichtsfeer. Deze temperatuur wordt uitgedrukt in kelvin (K). Licht wordt als ‘koud’ ervaren als de kleurtemperatuur hoger ligt dan 5000 K en 'warm' als de waarde onder de 3300 K ligt. Een lage kleurtemperatuur wijst dus op een warme lichtkleur.

Om de juiste kleurtemperatuur voor een kamer te bepalen, moet je kijken naar de functie van je lamp. Voor functionele taakverlichting zoals koken, werken en lezen, kies je beter een helder wit licht, dus een lamp met een waarde hoger dan 4000 K. Voor sfeerverlichting heb je een warmgeel licht nodig. Kies dan een lamp met een waarde lager dan 2700 K.

Aanduiding op de verpakking

Er is geen uniforme vermelding. Elke producent kan een eigen invulling aan een code geven. Op verpakkingen van sommige lampen staat 3.000 K, op andere zie je dan weer een samenstelling staan van drie cijfers. Het eerste cijfer verwijst naar de kleurweergave of Ra. Ra 80 is dan 8, Ra 90 = 9 enz… De twee volgende cijfers verwijzen naar de kleurtemperatuur (30 = 3.000 K).

Enkele voorbeelden:

  • 827 geeft een zeer warm licht voor een huiselijke sfeer.
  • 840 geeft een koel/neutraal wit licht voor op kantoor, winkel.

Stap 4: zorg voor genoeg lichtsterkte

De lichtsterkte van een lamp geeft aan hoe helder een lamp is. Naargelang een lamp dienst doet als algemene, functionele of sfeerverlichting heb je een andere sterkte nodig. Deze sterkte wordt uitgedrukt in lux. Niet te verwarren met de lichtstroom uitgedrukt in lumen. Dit is de hoeveelheid licht die een lichtbron uitstraalt. Kortom:

  • Lumen: de som van het uitgestraalde licht ongeacht de richting waarin het straalt.
  • Lux: de hoeveelheid licht (lumen) dat op een bepaald oppervlak komt (1 lux = 1 lumen/m²)

Verschil lumen en lux

Het grootste verschil tussen lumen en lux is dat lux rekening houdt met het oppervlak waarover het licht verspreid wordt. Een lichtbron van 1000 lumen verspreid over 1 m² verlicht deze oppervlakte met 1000 lux. Als je dezelfde lichtbron over 10 m² verspreidt, verlicht die slechts nog met 100 lux.

Kamer en functie

De gemiddelde aanbevolen verlichtingssterktes per kamer zijn afhankelijk van de functies in die ruimte:

  • Keuken: 300-500 lx voor werkbladverlichting en 200-300 lx voor algemene verlichting
  • Eetkamer: 100-300 lx voor tafelverlichting en 100 lx voor algemene verlichting
  • Woonkamer: 300 lx voor leesverlichting en 50-200 lx voor algemene verlichting
  • Slaapkamer: 300 lx voor taakverlichting en 100-200 lx voor algemene verlichting
  • Bureau: 300 lx voor werkruimte en 20 lx voor algemene verlichting
  • Badkamer: 300-500 lx voor spiegelverlichting en 200 lx voor algemene verlichting
  • Toilet: 100 lx
  • Inkomhal en gangen: 100 lx voor de inkomhal en trap en 50-100 lx voor de gang en overloop
  • Berging, wasruimte, kelder, garage: 300 lx voor werkruimte en 50-100 lx voor algemene verlichting

Zo kies je voor elke kamer de juiste verlichting.

Stap 5: laat je adviseren

Professioneel advies

Voor professioneel lichtadvies kan je terecht bij een lichtstudio of bij je (interieur)architect. In een lichtstudio helpt een lichtadviseur je met het opstellen van een lichtplan op maat van jouw wensen, budget en smaak. Ze worden graag in een vroege fase bij het project betrokken.

Spreek je architect of installateur al vroeg aan en maak duidelijk dat je een lichtplan gaat laten maken. Met het plan en de suggesties kan je meteen aan de slag gaan en de beste keuzes maken voor je verlichting. Een lichtplan is zowel mogelijk bij nieuwbouw als bij renovatie.

Lichtplan

Een lichtplan vertrekt vanuit je woningplan. Niet alleen de afmetingen van je woning, maar ook de indeling en het interieur spelen een rol. Weet je al hoe de meubels opgesteld gaan staan? De functionaliteit van de ruimte is belangrijk om de aansluit- en lichtpunten vast te leggen. Het heeft geen zin om op een plaats waar je een hoge kast gaat zetten een lichtpunt te voorzien. Aan de hand van je woningplannen combineert de lichtadviseur functionaliteit en sfeer in je kamers. Dat doet hij door te spelen met direct of indirect licht, basisverlichting en accenten.

Meer weten over een lichtplan? Lees dan hier verder.

Partnerartikels

Bekijk alle partners
Tips voor het kiezen van de juiste verlichting  
Tips voor het kiezen van de juiste verlichting  

Bij het kiezen van de juiste verlichting kun je een bepaalde sfeer creëren. Verlichting in huis is dus erg belangrijk, omdat elke verlichting een eigen...

Lees meer

Onze toolbox
Premies en subsidies Zoeken
Magazines Aanvragen
Zoek een partner Zoeken
Vraag en antwoord Zoeken