Vanaf 2022 verstrengt de S-peileis voor de gebouwschil van nieuwbouwwoningen. Het S-peil mag dan nog maximum S28 bedragen, terwijl momenteel S31 al voldoende is. Wie vanaf volgend jaar niet aan die verstrenging voldoet, kan dat wel compenseren door een lager E-peil te behalen.
Het S-peil werd in 2018 in het leven geroepen en drukt de energie-efficiëntie van de gebouwschil van je woning of appartement uit. Het S-peil geldt per wooneenheid. Met andere woorden: voor elk huis of appartement afzonderlijk. Uit analyses van het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap blijkt dat het strengere S-peil van S28 voor de meeste woningen en appartementen zeker haalbaar moet zijn. Meer dan 80% van de ingediende EPB-aangiften voor woningen vanaf bouwaanvraagjaar 2018 voldoen trouwens al aan die eis.
Compenseren met lager E-peil
Toch betekent die verstrenging voor een aantal woningtypes een bijkomende kostenpost. De Vlaamse Regering roept daarom een nieuwe regel in het leven. Als bouwheer mag je de verlaging van het S-peil namelijk compenseren door een lager E-peil te bereiken. Haalt jouw nieuwbouwwoning of - appartement het strengere S-peil van S28 niet, maar bedraagt het ook niet meer dan S31? Dan voldoet jouw project wél aan de EPB-eisen als je je bouwaanvraag in 2022 indiende en een E-peil van E25 behaalt. Dien je pas vanaf 2023 je bouwaanvraag in? Dan kan je het S-peil compenseren door een E-peil van E20 te bereiken.
Opgelet: Behalve aan de andere EPB-eisen moet je woning ook nog steeds voldoen aan het minimumaandeel hernieuwbare energie. En dat zonder gebruik te maken van de E-peilcompensatie van 10%, die meetelt als alternatief om aan het minimumaandeel hernieuwbare energie te voldoen.