Wie beslist over de staanplaats vóór een privatieve inpandige garage van een appartement
Bij een appartementsgebouw van 5 eenheden hebben 4 van de 5 eenheden een afzonderlijke inpandige garage met net ervoor een even brede oprit. Volgens de basisakte zijn de inpandige garages privatief en maken de opritten deel uit van de gemeenschappelijke delen. Dus 4 van de 5 eenheden hebben daardoor een groter totaal aandeel in de gemeenschappelijke delen waaronder de grond. Er is in de basisakte duidelijk vermeld dat de kosten voor het inrichten en onderhouden van de opritten te delen zijn door de 4 eigenaars van de inpandige garages. Wat zijn dan echter de rechten van de 5e eenheid; mogen de eigenaars hiervan mee beslissen over het onderhoud, het uitzicht en de nakende vernieuwing van de opritten? En heeft elk van de 4 eenheden dan het volledige genot van de oprit vóór zijn privatieve garage? In tegenstelling tot de tuin is dat niet zo expliciet in de akte vermeld. Mag iemand zonder auto bijvoorbeeld beslissen op 'zijn' stuk oprit bloempotten te zetten? Of dat het de overige bewoners verboden is over 'zijn' oprit te rijden?
Dank voor enige verduidelijking.



