Met effectverf kan je behalve kleur ook diepte creëren. Dergelijke oppervlakte-effecten hebben een enorme invloed op de look en feel van een ruimte. Experimenteer vooraf eerst op een stuk behangpapier om de beschreven technieken onder de knie te krijgen…
Deze effecten hebben geen betrekking op de samenstelling van de verf. Het zijn stuk voor stuk technieken die een soort tekening in de verf aanbrengen. Op die manier ontstaat reliëf. Je hoeft niet de hele muur met effectverf af te werken. Door de effecten alleen op bepaalde vlakken (bijvoorbeeld op de schouw) toe te passen vallen ze net extra op. Nog een vaak toegepaste verftechniek is sjabloneren.
Materiaal: | Gereedschap: |
---|---|
|
|
Stap 1: effectverf aanmaken
- De witte effectverf, zal je eerst moeten mengen met een kleurmiddel.
- Giet het kleurmiddel bij de effectverf. Respecteer de verhoudingen die zijn aangegeven op de verpakking.
- Roer het kleurmiddel goed onder de verf met een lepel. Gebruik hiervoor geen elektrische verfmenger, want zo beschadig je de complexe structuur van de effectverf.
Stap 2: effectverf aanbrengen
- Voor alle duidelijkheid: het te bewerken oppervlak is al geschilderd in een bepaalde basiskleur. Moet je helemaal vanaf nul beginnen, raadpleeg dan onze klus ‘Binnenmuur schilderen’.
- Zorg voor een zuiver, droog en stofvrij oppervlak.
- Verdeel de effectverf gelijkmatig over de muur met een verfroller of een blokkwast.
- Strijk niet te veel effectverf ineens op de muur. Zodat de verf niet droog is wanneer je de effecten toepast. Werk bijvoorbeeld in stukken van 1 à 2m² en begin dan met de effecten (stap 3).
- Tip: vraag om hulp. De een brengt de effectverf aan en de ander maakt het effect.
In plaats van de hier beschreven methode, waarbij je eerst een basislaag effectverf aanbrengt om daar vervolgens een effect in te maken, kan je ook andersom te werk gaan.
Zorg voor een droog en stofvrij basisoppervlak en breng daar (met een spons of een ander materiaal) de effectverf stelselmatig op aan met een deppende of rollende beweging. Ga door tot de gewenste kleurdichtheid en het gewenste patroon zijn bereikt.
Stap 3: effecten creëren
- Je kan talloze patronen in de effectverf aanbrengen om een effect te creëren. Het principe is telkens dat je verf verwijdert.
Sponzen
- Druk een vochtige spons in de effectverf en trek ze meteen weer weg.
- Je creëert zo een gespikkeld oppervlak.
- Bewerk op deze manier het hele oppervlak naar eigen goeddunken. Effectverf blijft vrij lang vochtig, dus stukken die minder goed gelukt zijn, kan je achteraf opnieuw bewerken met de spons.
- Wrijf de verf die aan de spons blijft kleven weg op een licht bevochtigde doek. Is de spons verzadigd, dan spoel je ze uit.
Slepen
- Trek een sleepkwast in een ononderbroken lijn horizontaal of verticaal over het oppervlak.
- Je krijgt een reliëf met lange, doorlopende strepen.
- Probeer bij deze methode zo groot mogelijke stukken in één keer te doen, zodat de lijnen niet om de meter onderbroken worden.
- Dit effect – zij het wat grilliger - kan je ook verkrijgen met een harde borstel waarvan de haren wat uit elkaar staan door lang gebruik.
- Veeg de borstel of de sleepkwast op tijd af.
Sluieren
- Sluieren is een wolkachtig effect creëren. Dat kan je met een vochtige, verfrommelde lap of met een speciaal daarvoor gemaakte handschoen.
- Druk de lap of de handschoen in de verf en trek meteen weer weg.
- Spoel tijdig af.
- Voor afwisseling in de structuur kan je verschillende stoffen uitproberen, een plastic boodschappentas of een papieren zak.
- In plaats van te deppen, kan je de verfrommelde lap ook over het oppervlak rollen.
Experimenteren
- Je kan zelf verder experimenteren. Probeer nieuwe effecten eerst uit op een oud stuk behangpapier vooraleer je ze echt toepast.
- In de handel vind je ook structuurspatels en zelfs ‘effectrollen’. Dit zijn verfrollers die door hun speciale structuur ook een effect teweeg brengen in de effectverf.
- Tip: maak zelf een effectrol door een lap, spons of plastic zakje met elastiekjes op een oude verfroller vast te maken…