Ben je van plan om je woning te renoveren of uit te breiden? Dan kan je niet om de ventilatie heen. Niet alleen omdat een aangepast ventilatiesysteem in veel gevallen verplicht is. Maar ook omdat het een must is om de lucht in je woning gezond te houden. Welke opties heb je?
Nu we onze woningen steeds beter isoleren en luchtdichter maken, is ventilatie crucialer dan ooit. Als we alle openingen en kieren afdichten, kan het gebouw namelijk niet langer ademen. De toevoer van verse lucht en afvoer van vervuilde, vochtige lucht zijn daarom vandaag een noodzaak om een gezond binnenklimaat te creëren.
Bovendien gelden voor uitbreidingen dezelfde regels als voor nieuwbouw, waaronder ook de ventilatienorm. Die bepaalt dat er 3,6 kubieke meter lucht per uur en per vierkante meter vloeroppervlakte toegevoerd of afgevoerd worden. Welk systeem je daarvoor gebruikt, is dan weer niet wettelijk bepaald.
Twee systemen
Net als bij nieuwbouwwoningen kan je bij een bestaand gebouw kiezen uit twee ventilatiesystemen: ventilatie met enkele stroom (systeem C), met natuurlijke toevoer en mechanische afvoer, of ventilatie met dubbele stroom (systeem D), met mechanische toe- en afvoer. De keuze tussen beide systemen is afhankelijk van de specifieke kenmerken van je project en van de omvang van de renovatie/uitbreiding.
Bij een uitbreiding die enkel droge ruimtes (woonkamer, eetplaats,…) omvat, volstaat de toevoer van verse lucht via een ventilatierooster boven het raam. Omgekeerd zal je bij natte ruimtes (de badkamer, het washok, het toilet of de keuken) geen toevoer van verse lucht moeten voorzien, maar een mechanisch afzuigsysteem om de vervuilde lucht naar buiten af te voeren. Plaats je nieuw buitenschrijnwerk én wil je in aanmerking komen voor de renovatiepremie? Dan moet je woning voldoen aan bepaalde ventilatievoorwaarden (ramen met ventilatieroosters of een ventilatiesysteem in de woning).
Ventilatiesysteem C
Bij de vervanging van de ramen van je woning kan je eenvoudig ventilatieroosters voorzien boven de ramen in de droge ruimtes. Zelfregelende toevoerroosters zorgen ervoor dat de hoeveelheid verse lucht die binnenkomt quasi constant blijft, ook bij felle wind of windstilte. Akoestische ventilatieroosters zijn dan weer sterk aanbevolen voor woningen aan een drukke weg of in de buurt van een luchthaven.
Ook de luchtafzuiging in de natte ruimtes kan je relatief eenvoudig voorzien. Op de muur of het plafond van elke natte ruimte komen dan individuele mechanische afvoerventielen.
Je kan de vervuilde lucht ook afvoeren met een centrale afzuiging. In dat geval lopen verschillende ventilatiekanalen vanuit de natte ruimtes naar de ventilatiegroep die de vervuilde lucht via één afvoer in de gevel of in het dak naar buiten afvoert. Je hoeft dan slechts één opening in je woning te maken om de lucht naar buiten te leiden, maar de ventilatiekanalen moet je wel nog wegwerken. Liggen alle vochtige ruimtes dicht bij elkaar? Dan wordt de installatie van een gecentraliseerd afzuigsysteem veel eenvoudiger.
Centraal of decentraal, opteer bij voorkeur voor een vraaggestuurd ventilatiesysteem. Met dit systeem wordt het ventilatieniveau automatisch aangepast aan de vervuilingsgraad van de lucht in huis via sensoren die die lucht continu monitoren: vocht, CO2, vluchtige organische stoffen (VOS).
Welke sensoren nodig zijn, wordt bepaald door de ruimte die je wil ventileren. In de badkamer is een vochtigheidssensor bijvoorbeeld nuttig. Is je keuken open naar de leefruimte, dan kies je best voor een vochtigheids- en een CO2-sensor. In het toilet komen dan weer een vochtigheidssensor en een VOS-meter.
Ventilatiesysteem D
Als je de ramen niet vervangt, is het niet evident om ze te voorzien van geschikte roosters die voldoende lucht aanvoeren. Wanneer die natuurlijke luchttoevoer niet mogelijk is, opteer dan voor ventilatie met dubbele stroom (systeem D of balansventilatie). Zoals de naam het zegt, bestaat deze oplossing uit twee aparte netwerken van ventilatiekanalen: een om verse lucht in de droge ruimtes te blazen en een om vervuilde lucht uit de natte ruimtes af te voeren.
Het grootste voordeel van ventilatie met dubbele stroom is dat de warmte uit de afgevoerde lucht teruggewonnen kan worden en gebruikt kan worden om de aangevoerde lucht op te warmen. Op die manier wordt de verse lucht voorverwarmd en heb je minder energie nodig om ze op comforttemperatuur te brengen.
Aan de andere kant bestaat een ventilatiesysteem met dubbele stroom uit twee netwerken van ventilatiekanalen, die samen moeten komen bij de ventilatiegroep. En ook die is niet klein. Je zal dus moeten werken met verlaagde plafonds, technische kokers of ingemaakte kasten om alles mooi te kunnen wegwerken. Dat maakt dergelijk systeem bij uitbreidingen of renovaties niet altijd mogelijk.
Alternatief: decentrale ventilatie met dubbele stroom
Er bestaan compacte ventilatie-units met dubbele stroom waarmee je elke ruimte apart optimaal kan ventileren. Deze toestellen zuigen verse buitenlucht aan en blazen die in de woning. Tegelijk onttrekken ze de vervuilde binnenlucht en voeren ze die af naar buiten. En dat met één enkel toestel dat volledig in de muur kan worden ingebouwd.
Eén unit per ruimte
De decentrale ventilatie-units met dubbele stroom moet je in elke ruimte plaatsen die je wil ventileren. De vereiste ventilatiedebieten worden bepaald door de oppervlakte van de ruimte. In een grote leefruimte kan het nodig zijn om twee toestellen te plaatsen om het benodigde debiet te halen. De modernste toestellen communiceren onderling om de inkomende en uitgaande luchtstromen te coördineren.
Aanvulling op bestaand systeem
Deze decentrale oplossingen zijn ook handig voor de ventilatie van een uitbreiding wanneer de bestaande woning al is uitgerust met een centraal ventilatiesysteem met dubbele stroom. Op die manier hoef je het nieuwe volume niet aan te sluiten op het bestaande systeem dat mogelijk niet geschikt is om een bijkomend volume te ventileren, of er zo ver van af ligt dat je met heel lange ventilatiekanalen moet gaan werken.