Vanaf 1 januari 2024 mag je voedseloverschotten niet meer bij het restafval gooien. Ofwel geef je ze mee met het gft, ofwel composteer je ze. Maar hoe doe je dat dan het best? Wat mag je wel en niet composteren? We vroegen het aan Lieven David, specialist bij Velt, een non-profitorganisatie voor iedereen die ecologisch aan de slag wil in huis, tuin en keuken.
De juiste mengeling is belangrijk
“Composteren kan je doen op composthopen of in compostbakken”, steekt Lieven van wal, “maar meestal ben je al goed af met een gesloten compostvat. De meeste mensen hebben namelijk regelmatig een klein beetje geschikt afval."
“Maar je mag er dan wel niet zomaar alles uit de keuken ingooien. Het komt erop aan te mengen, met afwisselende porties natte, groene materialen – namelijk je keukenafval – en droge, bruine materialen, zoals bladeren en takjes. Roer en verlucht ook één keer per week met de meegeleverde pook.”
Aan de slag: wanneer kies je voor meststof, bodemverbeteraar of potgrond?
Wat mag er niet bij?
“Gekookte etensresten, vlees en brood horen niet in compost thuis. Je trekt er immers ratten mee aan. Wat je daar dan wel mee moet doen? Wel, probeer allereerst zo weinig restjes over te houden.”
“Verder voeg je beter ook geen verwelkte snijbloemen aan de compost toe, omdat die bespoten zijn met pesticiden. Hetzelfde geldt voor niet-biologische citrusschillen. Die zijn bespoten met fungiciden, die net de schimmels bestrijden die in compost voor de vertering zorgen. Niet doen, dus.”
En wat met kalk en houtas? Lieven David: “Begin de jaren negentig al toonde wetenschappelijk onderzoek aan dat kalk en houtas niet goed zijn voor compost. Verder composteer je ook beter geen onkruid met zaad of wortelonkruiden.”
Wat mag er wél in?
“Alle mest, behalve dan van vleeseters zoals katten en honden. Die uitwerpselen kunnen namelijk lintwormen en andere parasieten bevatten. Koffiedik, theezakjes en pads zijn ook geen probleem, op voorwaarde dat de zakjes en pads niet uit kunstmatige stoffen gemaakt zijn. Ook giftige planten, zoals taxus en vingerhoedskruid, mogen er allemaal in.”
“Verder mag je ook loof van aardappelen en tomaten composteren, in tegenstelling tot wat sommigen beweren. Net zoals bladeren van eik, beuk en notenbomen. Of eierschalen en schelpen, maar dan maximaal een handvol per week, fijngestampt. Net als houtsnippers, natuurlijk zaagsel en schaafsel, en – biologische – citrusschillen.”
Als doorgewinterde tuinier kan je ook nog bentoniet (een soort kleipoeder), lavameel en basaltmeel (gesteentemelen) toevoegen. “Het hoeft niet, maar daarmee neemt het aantal pieren in je compostbak toe en verteert de inhoud dus sneller.”
Tip: In deze klus leer je een simpele maar doeltreffende compostbak maken met gaas.
Moet je heiliger zijn dan de paus?
“Nee hoor (lacht). Natuurlijk mag je her en der wel eens iets in je compostvat gooien dat er eigenlijk niet in thuishoort. Uiteindelijk zal alles wel verteren. Maar als je wil dat het niet stinkt, dat het een beetje vooruitgaat en dat je kwaliteitsvolle compost bekomt, hou je je toch best aan m’n adviezen. En nogmaals: meng altijd genoeg, waarbij je groen en bruin materiaal combineert.”
Hoe snel gaat het dan?
“Als je het goed aanpakt, verteren de vele kleine compostbeestjes je materiaal continu. Zo blijft de inhoud van je compostvat maar slinken, in plaats van te stinken. Ziet de onderste laag er na ongeveer een jaar uit als potgrond? Dan heb je compost. Test die vervolgens even door er tuinkers op te zaaien. Kiemt dat zaad goed, dan is je compost van goede kwaliteit", zo besluit David.
Lees ook:
- Een tuin vol planten en dieren? Zo begin je eraan
- Wees geduldig en creëer een netwerk: vijf tips voor een onderhoudsvriendelijke ecotuin
- Onkruid verwijderen én voorkomen? Tuinexpert geeft zijn beste tips

Zorgeloos de winter in? Waarom je je warmtepomp best laat onderhouden in het najaar
Met een lucht-luchtwarmtepomp verwarm en koel je je woning op een energiezuinige manier.