Beton is de dag van vandaag een onmisbaar bouwmateriaal. Denk maar aan de fundering van je woning, de kelder en welfsels. Zelfs voor je interieur kan je kiezen voor beton. Je hebt verschillende betonsoorten en betonsamenstellingen. De dosering van de gebruikte bestanddelen gebeurt op basis van criteria zoals de sterkteklasse, de duurzaamheid, de vloeibaarheid en de korrelafmeting.
Betonsoorten
Er zijn twee betonsoorten: gewapend en voorgespannen beton. Wanneer beton gecombineerd wordt met wapeningsstaal spreken we van gewapend beton. De stalen staven nemen de trekkrachten op terwijl het beton de drukkrachten opneemt. Op deze manier wordt scheurvorming beperkt of zelfs vermeden.
Bij voorgespannen beton wordt een deel van de wapening voorgespannen. Dat houdt in dat deze onder een trekkracht in het beton wordt geplaatst. Dit zorgt ervoor dat het beton een nog hogere belasting kan dragen.
Ter plaatse gestort beton of prefab?
Beton kan zowel ter plaatse gestort als geprefabriceerd worden. Beide hebben voor- en nadelen. Bij prefab wordt het beton niet op de bouwplaats zelf gegoten wordt, maar op een andere locatie zoals een betonfabriek. De kwaliteit van prefab beton is constanter, er kan sneller worden geproduceerd en de bouw zal sneller verlopen. Prefab betonelementen hebben meestal standaardafmetingen. Voor producten die in grote reeksen gemaakt worden is prefab daarom ideaal. Maar het transporteren van zeer grote prefab elementen is niet eenvoudig. Bovendien is het minder geschikt voor complexe vormen op de bouw en moeten de maten op voorhand goed bepaald worden.
Criteria
In lastenboeken wordt stortklaar beton vandaag meestal voorgeschreven in functie van criteria (prestatie-eisen) en niet meer op basis van hoeveelheden (aantal kg cement, zand, grind, ...). Er zijn vier belangrijke criteria: de sterkteklasse, de duurzaamheid, de vloeibaarheid en de korrelafmeting.
1. Sterkteklasse
De sterkteklasse van beton staat voor de weerstand tegen drukkrachten. Deze sterkteklasse is afhankelijk van de hoeveelheid cement, de verhouding tot de hoeveelheid water (water-cementverhouding) en de korrelverdeling. Aan de hand van een druksterkteproef wordt de weerstand bepaald. Deze wordt uitgedrukt als volgt: C x/x. Het eerste getal staat voor de druksterkte gemeten op een cilindervormig proefstuk, het tweede voor de kubusdruksterkte.
Het meest gebruikte beton heeft een sterkteklasse van C 25/30. Voor funderingen en ondervloeren voor terrassen volstaat al een sterkteklasse van C 20/25. In totaal zijn er 16 sterkteklassen waarvan de sterkte oploopt tot C 100/115 (‘hogesterktebeton’). In gespecialiseerde labo’s zijn nog veel hogere betonsterktes haalbaar en spreekt men van ‘ultrahogesterktebeton’.
2. Duurzaamheid
De duurzaamheidseisen van beton hangen af van twee factoren: het gebruiksdomein en de omgevingsklasse. Met andere woorden: waarvoor wordt het beton gebruikt en in welke omgeving. In dat eerste geval wordt er een onderscheid gemaakt tussen gewapend, ongewapend en voorgespannen beton. En dat is nodig, want ongewapend beton is minder onderhevig aan aantastingsmechanismen dan gewapend en voorgespannen beton.
Ook de omgeving waaraan beton wordt blootgesteld is belangrijk. Het is logisch dat beton dat deel uitmaakt van een binnenstructuur aan minder strenge duurzaamheidseisen moet voldoen dan een buitenelement. In totaal worden er 13 omgevingsklassen onderscheiden. Denk maar aan een binnen- en buitenomgeving, een zeeomgeving, een omgeving waarbij het beton in contact komt met chemische stoffen, …
3. De vloeibaarheid
De druksterkte en duurzaamheid van beton hangen samen met de consistentieklasse, ook wel vloeibaarheid genoemd. Dit bepaalt de verwerkbaarheid van het beton, die afgestemd moet zijn op de complexiteit en de afmetingen van het te storten element, de wapeningsdichtheid en de stort- en verdichtingsmethode.
4. De korrelafmeting
Het is belangrijk dat de wapening van beton volledig en perfect omhuld is door betonspecie en dat de betondekking voldoende dik is, zoniet bestaat het gevaar dat de wapening vroeg of laat gaat roesten (‘betonrot’). Daarin speelt ook de korrelgrootte van de kiezel of het zand een rol. Vooral bij dichte wapeningsnetten. Te grote korrels kunnen zich namelijk niet door de netten wringen. Daarom wordt er bij het voorschrijven van beton steeds een maximum korrelafmeting opgegeven.
BENOR
Het BENOR-label geeft aan dat een product (bijvoorbeeld stortklaar beton) interne en externe kwaliteitscontroles heeft ondergaan en aan de Belgische normen voldoet. Voor de belangrijkste betonbestanddelen (cement, grind, zand, hulpstoffen, ...) en ook voor tal van prefab betonproducten bestaan ondertussen geharmoniseerde Europese normen. Je herkent ze aan het CE-logo.