Een verouderde rijwoning uit het begin van de twintigste eeuw opwaarderen tot een stijlvol herenhuis met energielabel A: dat is de uitdaging die David en Albert deze dagen aangaan. Livios volgt hun renovatieavontuur op de voet en brengt regelmatig verslag uit van de vorderingen. In deze derde aflevering vernemen we hoe hun zomer eruitzag en hoe ze de kosten enigszins proberen te drukken in tijden van torenhoge materiaalprijzen.
“Het was een fijne zomer, maar vakantie was er voor ons niet bij in juli en augustus”, lacht David wanneer we hem vragen of hij en Albert toch ook wat van het zonnetje hebben kunnen genieten tijdens het bouwverlof. “Al zijn we er begin september wel een weekje tussenuit geknepen om de batterijen op te laden. Dat was nodig, want we zijn de weken voordien lustig blijven doorwerken. Nadat we in juli zelf de dakranden opgehoogd hadden, heeft onze dakwerker in augustus alle daken vernieuwd."
Bijna wind- en waterdicht
"Daarnaast is er ter hoogte van de (toekomstige) keuken een nieuwe dakconstructie met een koepel en EPDM-afwerking gerealiseerd. Ook boven de douche in de badkamer op de eerste verdieping en de traphal op de tweede verdieping zijn glazen koepels gestoken. Bovendien is ook het buitenschrijnwerk (voordeur, ramen, schuifraam aan de achterkant …) intussen geplaatst. Nu de gevelafwerking gestart is – vlakke bepleistering aan de voorzijde, crepi aan de achterzijde – is de ruwbouw zo goed als volledig wind- en waterdicht.”
Stelen met de ogen
Voor de dak- en gevelwerken schakelden David en Albert professionele aannemers in, maar zelf staken ze tegelijkertijd ook de handen uit de mouwen. Zo hebben ze de bestaande houten vloerconstructies uitgebroken en vernieuwd. “Twee dwarse steunbalken die in slechte staat waren, heb ik vervangen door nieuwe exemplaren. Daarnaast heb ik ter hoogte van de technische ruimte twee stalen balken gestoken, aangezien daar binnenkort een zonneboilervat van 300 liter zal worden geplaatst, wat toch al snel 400 kilogram zal wegen. Extra draagkracht is er dus wel aangewezen”, legt David uit.
“Een leuk weetje is dat die stalen balken afkomstig waren uit ons huis. We hebben ze gerecupereerd tijdens de afbraakwerken en nadien op maat geslepen om ze te kunnen inpassen in de houten vloerconstructie. Ik keek er aanvankelijk een beetje tegenop om dat allemaal zelf te doen, maar gelukkig had ik veel opgestoken van de vaklui die hier eerder drie grote poutrels waren komen plaatsen. Ik zou iedereen die verbouwt dan ook aanraden om regelmatig – bij voorkeur elke dag – aanwezig te zijn op de werf, zeker wanneer er professionals aan de slag zijn. Zo leer je enorm veel bij, ook over zaken die op het eerste gezicht onbelangrijk lijken. Je weet nooit wanneer het van pas komt. Tutorials op YouTube kunnen eveneens handig zijn. Zo heb ik onlangs nog een dakdoorvoer geplaatst op basis van zo’n instructiefilmpje. Het regent nog altijd niet binnen, dus ik vermoed dat het gelukt is (lacht).”
Goede afspraken maken goede vrienden
Ook een goede communicatie is essentieel wanneer er bouwprofessionals aan de slag zijn in je woning, benadrukt David. “Een totaalrenovatie zonder onverwachte obstakels bestaat niet. De meeste vaklui zijn ‘plantrekkers’ die in dergelijke gevallen op eigen houtje een oplossing uitwerken, maar zo bestaat het risico dat het niet gebeurt op de manier die je als eigenaar voor ogen hebt, waardoor ze in het slechtste geval alles moeten afbreken en helemaal opnieuw kunnen beginnen. Vandaar dat wij altijd met onze aannemers afspreken dat ze in dergelijke gevallen niet mogen doorwerken vooraleer ze ons telefonisch op de hoogte hebben kunnen brengen. Zo hebben we de voorbije maanden toch al een paar keer tijdig kunnen ingrijpen.”
“Daarnaast is het eveneens een goed idee om een aannemer uit te nodigen op de werf vooraleer hij effectief van start gaat, zodat hij duidelijk kan aangeven wat hij al dan niet nodig heeft om naar behoren te kunnen werken. Zo vermijd je misverstanden, meerkosten en eventuele conflicten. Goede afspraken maken goede vrienden!”
Creatief besparen
Tot slot zoomen we nog even in op het financiële plaatje. Gezien de fors gestegen materiaalprijzen zijn extra kostenbesparingen geen overbodige luxe voor mensen die momenteel aan het verbouwen zijn. En die besparingen kunnen soms letterlijk en figuurlijk in een klein hoekje schuilen.
“Met een beetje creativiteit kom je al erg ver”, weet David uit ervaring. “Onze nieuwe vloeren zijn daar een mooi voorbeeld van. Op de houten steunbalken hebben we rubberstrips van 4 millimeter dik gelegd om contactgeluid te vermijden, zodat we in onze gelijkvloerse leefruimte geen vervelend getik horen wanneer iemand boven door de gang en de aanpalende kamers wandelt. Je kunt die stroken op maat bestellen, maar in plaats daarvan heb ik één grote mat gekocht, die ik zelf in repen heb gesneden. Zo hebben we toch weer ongeveer 650 euro kunnen besparen. Boven op die rubberstrips hebben we OSB-platen van 22 millimeter dik geplaatst (in plaats van de gebruikelijke 18 millimeter) om krakende vloeren te vermijden. Door enkel in de badkamers watervaste exemplaren te leggen, wonnen we 9 euro per OSB-plaat.”
“Ook veilingwebsites afschuimen kan helpen om goede materiaaldeals op het spoor te komen. En tot slot zijn er uiteraard de subsidies van de overheid die je slim kan benutten. Zo gaan we qua elektriciteit voorlopig een kleine binneninstallatie (zekeringskast met één lichtkring en één stopcontact) plaatsen en laten keuren, zodat onze zonnepanelen dit jaar nog kunnen worden aangesloten. Daardoor kunnen we het volledige subsidiebedrag aanvragen, al is het daarbij wel belangrijke dat iedere betrokken aannemer een attest invult (terug te vinden op de website van de Vlaamse overheid). Alle beetjes helpen om het budget onder controle te houden!”
Meer weten over het verbouwproject van David en Albert? Lees hier: